Masterproef 2021 van Sorenza De Waele

promotoren: Prof.dr. Edwin Claerebout en Prof. dr. Peter Geldhof 

titel: "Het effect van compostering van paardenmest op de leefbaarheid van wormeieren"

Door een circulair systeem kan de eigen paardenmest als bodemverbeteraar aangewend worden. Deze rijke grondstof herstelt de afgegraasde weilanden, waardoor paarden niet meer in hun defecatiezones moeten grazen. Door het geregeld wegruimen van de mest, krijgen de eitjes de kans niet te embryoneren en uit te spoelen naar de graasgebieden van de paarden. De kringloop zorgt voor een daling van de wormbesmetting, en een gezonder paard dat toegang krijgt tot gezond en voedzaam gras.

Wanneer we echter zelf besmette mest gaan uitspreiden over het volledig weidegebied, is besmetting tijdens het grazen gegarandeerd. Dit is voor een paardenhouder een zeer groot struikelblok. Al jaren investeren paardenhouders geld in anti-parasitaire producten en spenderen ze uren aan het verwijderen van de besmette mest om de gezondheid van hun dieren te vrijwaren. Om paardenhouders te kunnen overtuigen van het idee eigen paardenmest te hergebruiken, moeten we een methode kunnen voorleggen die de afdoding van de wormeieren garandeert.

Met dit onderzoek hebben we een mestverwerkingsmethode (nl. compostering), die al toegepast worden in andere sectoren dan de paardenhouderij (zoals de land- en tuinbouw), geëvalueerd op de effectiviteit van afdoding van spoelworm- en strongylide-eieren. Dit onderzoek omvat 2 takken: ten eerste compostering op paardenhouderijen en ten tweede compostering onder gecontroleerde omstandigheden (experimenteel). We hebben dus onderzocht of beide nematodensoorten kunnen geëlimineerd worden uit de mest en welke technieken hiervoor in aanmerking komen.

Levende strongylide-eieren werden niet meer teruggevonden in de composthoop na 4 maanden cultiveren, of na 1 maand composteren als gedurende 7-8 dagen temperaturen boven de 37°C bereikt werden. Voor Parascaris-eieren volstond het niet 6-8 dagen temperaturen boven 35°C te behalen. Er werd een daling van het aantal leefbare wormeieren waargenomen na 4 maand cultiveren, maar geen totale afdoding. Voor een paardenhouder zonder jonge paarden volstaat deze techniek dus om wormvrije meststoffen te verkrijgen, aangezien dan geen rekening gehouden moet worden met Parascaris besmettingen.

 © foto: Sorenza De Waele